'Ze denken dat hij autisme heeft', zegt ze. Ze maken zich al een tijdje zorgen om hun zoon. En nu, na een aantal onderzoeken, volgt de diagnose autisme. 'Wat denk jij?'. Ik zie een aarzelende blik in haar ogen en om heel eerlijk te zijn deel ik die aarzeling. Want wat ik zie is een vrolijke knul die altijd voor iedereen klaar staat en heel sociaal is, om dan ineens volledig te blokkeren. Dan trekt hij zich terug in zijn eigen wereld en mijdt hij alle vormen van contact. Iedere prikkel is dan teveel, maar als hij een tijdje rust heeft gehad speelt hij weer vrolijk verder.
Het is niet mijn taak om een diagnose te stellen (sterker nog: dat mag ik niet eens), maar ik vraag me wel af of hier geen sprake is van hoogsensitiviteit in plaats van van autisme. Waarom worden die twee nog wel eens met elkaar verward? En wat is het verschil tussen hoogsensititeit en autisme?
Overeenkomsten hoogsensitiviteit en autisme
Zowel hoogsensitieve mensen (kortweg HSP) als mensen met een stoornis in het autistisch spectrum (kortweg ASS) zijn gevoelig voor prikkels. Geluiden, labeltjes in kleding, grote groepen mensen...het zijn allemaal dingen waar zowel HSP als mensen met ASS sterk op kunnen reageren. En beide groepen mensen trekken zich graag terug in hun eigen rustige en vertrouwde wereld. Bij beiden kunnen problemen ontstaan in de sociale contacten en ze kunnen ook allebei grote moeite hebben met (plotselinge) veranderingen. Daarnaast scoren hoogsensitieve kinderen hoger op een autisme-scorelijst dan kinderen die niet hoogsensitief zijn. Het is dus ook geen wonder dat hoogsensitiviteit nog wel eens wordt verward met een stoornis in het autistisch spectrum. Pas als je dieper gaat kijken, kun je zien dat er ook hele duidelijke verschillen zijn.
Verschillen hoogsensitiviteit en autisme
Maar wat zijn dan precies de verschillen tussen hoogsensitiviteit en autisme? Ik zet ze voor je op een rijtje:
- Ontwikkelingsstoornis versus persoonlijkheidskenmerk: Autisme wordt binnen de psychiatrie een ontwikkelingsstoornis of een prikkelverwerkingsstoornis genoemd, terwijl hoogsensitiviteit als een persoonlijkheidskenmerk wordt gezien.
- Gevoeligheid voor prikkels: Mensen met ASS zijn gevoelig voor allerlei soorten prikkels, maar lijken op emotioneel gebied juist minder gevoelig te zijn voor prikkels. Kinderen met autisme lijken zich niet goed in te kunnen leven in de gedachten en gevoelens van anderen. HSP zijn juist erg gevoelig voor prikkels op emotioneel gebied en kunnen zich vaak erg (en soms te) goed inleven in de gedachten en gevoelens van anderen.
- Ondergevoeligheid voor prikkels: Kinderen met ASS zijn niet alleen overgevoelig voor prikkels, maar kunnen ook ondergevoelig zijn voor prikkels. Zo zijn er onderzoeken waaruit blijkt dat er kinderen met ASS zijn die ondergevoelig zijn voor pijn of menselijke geluiden. Deze ondergevoeligheid wordt niet gevonden bij hoogsensitieve kinderen.
- Zelfbewustzijn en zelfreflectie: Kinderen met ASS zijn zich vaak minder bewust van zichzelf en hebben meer moeite met zelfreflectie, terwijl hoogsensitieve kinderen zich vaak (over)bewust zijn van zichzelf en hoe zij over (kunnen) komen op anderen.
- Interpreteren van lichaamstaal: Kinderen met ASS hebben vaak moeite met het interpreteren van lichaamstaal en nonverbale signalen, terwijl hoogsensitieve kinderen hier juist veel mee bezig zijn. Als je tegen een kind met ASS zegt dat het goed met je gaat, zal hij dat klakkeloos overnemen. Zeg je hetzelfde tegen een kind dat hoogsensitief is, dan zal het in zijn overwegingen ook je non-verbaliteit meenemen en het vaak in de gaten hebben als je niet eerlijk bent.
- (Ongewone) interesses: Bij kinderen die hoogsensitief zijn liggen hun interesses vaak veel breder dan bij kinderen met ASS. Die laatste groep beperkt zich vaak tot een aantal gebieden die ze interessant vinden en duikt dan ook diep in de materie. Ook kunnen kinderen met ASS een ongewone interesse ontwikkelen in bepaalde prikkels als lichtinval of het kijken naar draaiende dingen.
- Moeite met verwerken van prikkels: kinderen met autisme hebben altijd moeite met het verwerken zintuigelijke prikkels, terwijl hoogsensitieve kinderen dit vooral hebben wanneer ze overprikkeld zijn.
- Tot rust komen: zowel kinderen met autisme als hoogsensitieve kinderen kunnen in zichzelf gekeerd zijn. Bij hoogsensitieve kinderen gaat dit over zodra zij tot rust gekomen zijn, bij kinderen met ASS is dit veel minder het geval.
- Creativiteit: Hoogsensitieve kinderen zijn vaak creatief, omdat ze veel verschillende verbanden leggen in hun hoofd. Bij kinderen met ASS zie je deze creativiteit minder.
- Diepere prikkelverwerking: Hoogsensitiviteit draait om diepgaande verwerking van informatie, waarbij meerdere hersengebieden tegelijk worden ingeschakeld. Daardoor overzien zij vaak snel het grotere geheel. Bij mensen met ASS is deze diepgaande verwerking niet terug te zien. Mensen met ASS vinden het juist moeilijk om details te verbinden met het grote geheel.
- Taalontwikkeling: De taalontwikkeling komt bij kinderen met ASS vaak niet goed op gang, terwijl hoogsensitieve kinderen hier geen problemen in ondervinden.
- Wijze van contact maken: Bij jonge kinderen zie je vaak dat de wijze van contact maken bij kinderen met ASS anders is dan bij hoogsensitieve kinderen. Bij kinderen met ASS is het contact er vaak alleen als het kind dit zelf wil óf kan contact zelfs helemaal afwezig zijn omdat het kind in haar eigen wereldje zit. Kinderen die hoogsensitief zijn, zijn daarentegen vaak erg gericht op de ander en op contact met de ander.
Maatwerk
Hoewel hoogsensitiviteit en autisme op het eerste gezicht dus best wat op elkaar lijken, zijn er ook grote verschillen te zien. In uitzonderlijke gevallen is het ook mogelijk dat je ASS hebt én hoogsensitief bent. Zowel hoogsensitiviteit als autisme vragen om maatwerk. Het helpt daarbij als je goed weet hoe je in elkaar zit, wat jij nodig hebt, waar jouw kwaliteiten liggen en wat bij jou wel of niet werkt, zodat je weet waar jouw grenzen liggen en wanneer je het risico loopt om overprikkeld te raken.
De kenmerken die ik hierboven beschrijf zijn algemene kenmerken, maar er kunnen duidelijke onderlinge verschillen zijn. Ik woon zelf in het gebied met het hoogste percentage mensen met een stoornis in het autistisch spectrum ter wereld en heb dus ook relatief veel mensen met ASS in mijn omgeving. Mijn eigen ervaring is dat een aantal van hen ook heel gevoelig is op emotioneel gebied en prima functioneert binnen hun sociale netwerk. Ga dus nooit zomaar op labeltjes af. Ze kunnen heel helpend zijn om iemand wat beter te begrijpen of om te lachen om je eigen gekke kenmerken, maar iedereen blijft zijn eigen prachtige unieke zelf en verdient het ook dat daar oog voor is zonder dat hij of zij in hokjes en vakjes geplaatst wordt.
Gebruikte bronnen:
Artikel: Waarom hoogsensitiviteit niet hezelfde is als autisme
Scriptie: Hoogsensitiviteit bij Kinderen in het Speciaal (Basis) Onderwijs - Gabriëlle Gortemaker
Scriptie: Eigenschappen van hoogsensitieve personen en relatie tot ontwikkelingspotentieel - Els Umans
Artikel: Wat is het verschil tussen hooggevoeligheid en autisme? - Zillah Holtkamp
Artikel: Vraag het aan de wetenschap: hoogsensitiviteit en autisme - Petra Warreyn